zondag 31 januari 2021

Het vogels tellen gaat gewoon door


Het land is in crisis,
maar dat zijn we onderhand gewend. Laten we eerlijk zijn: de supermarkt ligt vol levensmiddelen, er komt warm en koud water uit de kraan, de elektriciteit doet het, we hebben breedband internet en de pakjesbezorger legt de bestellingen veilig op de trap. Kortom, er staat ons weinig in de weg om ons met de belangrijke zaken van het leven bezig te houden.

Dus, terwijl een enkele vrijheidsstrijder zich opmaakt om weer wat straatmeubilair te gaan vernielen of een winkel te plunderen, zet ik me met een kopje koffie voor het raam voor de jaarlijkse Nationale Tuinvogel Telling.

Ik kan me niet voorstellen dat er vogelliefhebbers zijn die het gemist hebben. De trouwe deelnemers hebben al een hele reeks e-mails ontvangen, ik zag er reclame voor op TV en het was een item in het NOS-journaal. Het kan dus haast niet anders of we gaan er weer met ons honderdduizenden tegenaan.

Virusveilig, want gewoon vanuit huis. Ieder voor zich, maar toch samen en gezellig, voor één doel. Het Tuinvogeltellen is ook een soort demonstratie, we laten zien dat we nog niet helemaal de weg kwijt zijn. We laten ons het hoofd niet op hol brengen door virussen, maatregelen en protesten. We houden oog voor de natuur en vogels om ons heen.

En dat doen we niet alleen in ons land. Op het Belgische TV-journaal zag ik dat ze ook bij onze zuiderburen aan het tellen zijn dit weekeinde. De organisator heet daar Natuurpunt en ze noemen het 'Het Grote Vogelweekend' . In Groot-Brittannië noemen ze het 'The Big Garden Birdwatch' , georganiseerd door de Royal Society For Protection Of Birds (RSPB).

Bij ons heeft Vogelbescherming er deze keer drie dagen voor uitgetrokken. Vanaf vrijdag konden er al tellingen ingeleverd worden en op zaterdagochtend waren er al ruim 26.000 doorgegeven. Op zondagochtend waren dat er al meer dan 65.000. Het ziet er naar uit dat er een recordaantal deelnemers zal zijn dit jaar.

Op de website staan tips en aanwijzingen. Eén paste ik zelf al jaren toe, hoewel ik het eigenlijk een beetje valsspelen vond: Begin met tellen als je een vogel ziet. Je voorkomt zo een telling met helemaal geen vogels.

Ik ga deze keer wel streng zijn, alleen de vogels die echt op mijn balkonnetje landen, binnen het half uur dat ik tel. De vijf koperwieken, die aan de overkant in een boom neerstrijken, tellen dus niet mee. Ik leg natuurlijk voer neer, maar ik wacht even tot de eerste golf kauwtjes en houtduiven voorbij is, hopende op een pimpelmees, of roodborst.

Wat ik in vorige jaren ook wel deed was een paar keer tellen en dan de leukste telling doorgeven. Maar dat is echt valsspelen. Het kan nog valser, trouwens, want via de website van de Jaarrond Tuintelling was het mogelijk om meerdere tellingen door te geven. Ik weet niet of dat dit jaar ook nog kan en ik ga het niet proberen. Deze keer ben ik braaf.

Dus, mijn heel bescheiden bijdrage voor dit jaar: 2 houtduiven, 2 kauwtjes, 1 pimpelmees en 1 merel.

Als ik even terugblader, naar vorige jaren, dan is dit voor mijn balkon een redelijk normaal aantal. Op de Vlaamse TV zeiden ze trouwens dat zondag waarschijnlijk een betere dag is om te tellen, omdat het in de voorgaande nacht dan gevroren heeft en er meer hongerige vogels op het voer af zullen komen.

Veel succes voor de vogeltellers die nog aan de slag gaan. Iedereen die al meegedaan heeft: Mooi werk ! De resultaten zijn te zien op de website en ik zag vanochtend dat mijn telling al verwerkt is. Je kunt zoeken naar de wijk waar je woont en je eigen bijdrage en die van je buren terugzien.



De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 - deel 2 en deel 3 van dit verhaal.

Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 en deel 4 van het voorafgaande verhaal.

Klik op de tekening voor een grotere weergave. 

Bezoek ook onze internationale, Engelstalige, website: The Amazing Comics Men

zondag 24 januari 2021

John Prine en andere onsterfelijke muzikale helden


Zo langzamerhand
begin ik de leeftijd te bereiken waarop de meeste van mijn muzikale helden vertrokken zijn naar het grote orkest in de wolken. Van mijn favoriete blues- en jazzmuzikanten is vrijwel niemand meer in leven en de groep popmusici, die in de soundtrack van mijn jeugdjaren speelde, begint ook al flink uit te dunnen.

David Bowie is overleden, J.J.Cale ook, van The Beatles leven er nog maar twee – Ringo Starr vierde onlangs zijn 80ste verjaardag – de Rolling Stones zijn nog wel in meerderheid in leven, maar Rory Gallagher is al lang ten onder gegaan, net als Warren Zevon.

Zevon was een wat latere ontdekking, maar dat is dus geen garantie voor een lang en gezond leven. John Prine, een zanger en liedjesschrijver die ik nog maar een paar jaar terug leerde kennen en ging bewonderen, is ook al weer dood. Hij werd, vorig jaar, slachtoffer van het coronavirus.

Prine was geen geweldige zanger – met zijn knauwende Amerikaanse accent – en ook geen fantastische gitarist, maar hij schreef wel erg mooie liedjes. In veel van zijn teksten combineert hij ironie en humor, maar hij heeft ook een aantal aangrijpende nummers geschreven, vol tragiek en treurigheid. De mooiste zijn misschien die waarin humor, ironie en tragiek allemaal een rol spelen. Denk aan Randy Newman, maar dan minder theatraal.

Allmusic.com noemt hem een briljante liedjesschrijver, een meesterlijke verhalenverteller, wiens werk grappig was, uit het hart kwam en vol scherpe observaties zat over de levens van gewone mensen. Muzikaal maakte hij gebruik van een mix van folk-, rock en country. Eenvoudige liedjes leken het, wat dat betreft had hij wel wat weg van J.J.Cale.

Aanvankelijk leek het er niet op dat Prine professioneel muzikant zou worden. Hij leerde gitaarspelen toen hij 14 was, schrijft Wikipedia. Zijn diensttijd bracht hij door, op een Amerikaanse basis, in Duitsland en daarna werd hij postbode in Chicago. Als hobby schreef hij liedjes en af en toe trad hij op in folkclubs.

Zanger-acteur Kris Kristofferson zag Prine bij zo'n optreden, in 1971, en hij zorgde ervoor dat Prine zijn eerste lp op kon nemen. Op die plaat staan enkele van zijn bekendste liedjes, waaronder het prachtige, melancholieke 'Angel From Montgomery' , dat de liefhebbers zouden kunnen kennen in de uitvoering van BonnieRaitt . In een interview noemde zij het één van de belangrijkste nummers die ze ooit opnam.

Prine kreeg dus bijval van collega's en kenners en maakte in de loop van de jaren '70 een reeks albums. Enorme verkoopsuccessen waren dat niet en gaandeweg raakte hij teleurgesteld in de muziekindustrie. In 1981 besloot hij zijn eigen platenlabel te beginnen, Oh Boy Records, en al snel bleek dat hij voldoende fans had om het zakelijk bol te kunnen werken.

Na de eeuwwisseling nam zijn productie wat af, mede door gezondheidsproblemen. Er werd onder andere een tumor uit zijn hals verwijderd, waardoor zijn hoofd wat scheef kwam te staan en zijn zangstem nog rauwer werd. Hij bleef desondanks optreden en zo nu en dan kwamen er nieuwe albums uit.

Toen hij overleed verschenen er grote stukken in de Amerikaanse muziekbladen en was er alom lof en erkenning. Prine was nooit een wereldster, zijn muziek was niet geschikt voor grote stadions, maar zijn invloed als liedjesschrijver was groot en zijn liedjes werden door veel collega's gecoverd.

Je komt de muziek van John Prine op onverwachte momenten tegen. Het Belgische kookprogramma 'Dagelijkse Kost' gebruikt, bijvoorbeeld, zijn 'How Lucky' regelmatig als achtergrondmuziek. Ik heb niet één CD of lp van hem, maar zo gaat dat tegenwoordig: Alles is te horen en te zien op YouTube. Zo zijn, dankzij de moderne techniek, onze muzikale helden toch onsterfelijk.


De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 en deel 2 van dit verhaal.

Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 en deel 4 van het voorafgaande verhaal.

Klik op de tekening voor een grotere weergave. 

Bezoek ook onze internationale, Engelstalige, website: The Amazing Comics Men

zondag 17 januari 2021

De detective van A tot Y


Het lezen van thrillers
en detectiveverhalen heeft iets verslavends, zeker als er over dezelfde speurder een reeks boeken geschreven is. Maar ach, ik rook niet en koop de laatste tijd nauwelijks wijn of bier, dus af en toe een e-boek moet kunnen. En schadelijk voor de gezondheid is het niet.

De boeken over Sherlock Holmes en Raffles zijn bovendien gratis te downloaden, net als die van Anna Katherine Green en haar detective mr. Grice. Wie geen zin heeft in 19e eeuwse verhalen, de liefhebbers van eigentijdse speurders dus, kan ik de boeken over inspecteur Montalbano aanbevelen, geschreven door Andrea Camilleri, of de Frieda Klein reeks van Nicci French.

Naar aanleiding van mijn eerdere verhalen kreeg ik, van Faceboekvriend Johan uit Antwerpen, de tip om eens iets van Sue Grafton te proberen. Hij kocht op de bonnefooi een boek van haar, dat hij goed geschreven vond en kwam er achter dat het een van de laatste delen uit een lange reeks was, met in de hoofdrol de vrouwelijke detective Kinsey Milhone.

Ik zocht Grafton op bij Wikipedia en las dat ze 25 boeken over Kinsey geschreven heeft, waarvan de titels allemaal beginnen met een letter uit het alfabet. Ik begon met deel één, 'A is for Alibi'. Prima boek ! Soepel geschreven, met humor en spanning, realistisch en niet al te gewelddadig.

Grafton laat de verhalen spelen in een fictief stadje, 'Santa Teresa', in Californië. De eerste delen verschenen in de jaren '80 en spelen ook in die tijd. Een van de bijfiguren is een jongeman met een punkkapsel, zo'n roze hanenkam.

Kinsey Milhone doet aan joggen, dat zou je Sherlock Holmes of Hercule Poirot nooit zien doen, maar ze heeft nog geen mobiele telefoon of laptop. Als ze informatie nodig heeft moet ze proberen die bij bevriende politiemensen los te krijgen.

Veel detectiveromans zijn geschreven vanuit een andere persoon dan de speurder zelf. Bij een aantal oudere voorbeelden is er een vriend, of assistent van de detective die de avonturen opschrijft. Holmes had zijn dokter Watson, Poirot zijn kapitein Hastings.

Bij Nicci French kijken we meestal mee over de schouder van een vrouwelijke hoofdpersoon. Kate Atkinson laat haar detective, Jackson Brodie, vaak lange tijd buiten beeld. We volgen dan andere personen waarvan aanvankelijk niet duidelijk is wat ze met elkaar te maken hebben.

Bij Ruth Rendell is haar inspecteur Wexford soms niet eens de hoofdfiguur. In het tweede deel uit haar reeks wordt het verhaal verteld vanuit een man die een oude moordzaak op komt rakelen. Wexford sputtert alleen op de achtergrond wat tegen, maar heeft geen belangrijke rol in het verhaal.

Andrea Camilleri volgt zijn inspecteur Montalbano in elk boek wel van het begin tot het eind. Sue Grafton gaat nog een stap verder, zij laat het verhaal schrijven door haar detective. Kinsey Milhone is de ik-figuur die zelf verslag doet van haar belevenissen, bijna alsof ze een dagboek bijhoudt, of rapport uitbrengt aan haar opdrachtgevers.

Het schrijven van een lange reeks boeken, met dezelfde hoofdpersoon, was niet voor elke detectiveschrijver even aanlokkelijk. Conan Doyle liet Sherlock Holmes na een paar boeken sneuvelen, bij Agatha Christie emigreerde Hastings al vrij snel naar Argentinië. Camilleri schreef zijn eerste Montalbano naar aanleiding van een weddenschap en vertelde dat er telkens weer een boek bijkwam omdat hij het gevoel had dat zijn hoofdfiguur nog wat te melden had.

Het opmerkelijke is dat Grafton vanaf het begin van plan was om voor elke letter van het alfabet een boek te schrijven. Ik heb inmiddels ook 'B is for Burglar' gelezen en het gaat door tot 'Y is for Yesterday'. Dat lijkt een gewaagd plan. Ze kon van te voren niet weten of de reeks een succes zouden worden.

Maar helemaal onvoorbereid was ze niet. Ze had geruime tijd ervaring opgedaan als schrijfster van scripts, voor televisieseries en films. Ze was begin 40 toen ze aan de reeks begon en bezig aan haar derde huwelijk. Met die laatste echtgenoot, die les gaf aan een universiteit, was ze degelijk gesetteld. Er was dus vermoedelijk geen financiële nood, bij het schrijven van haar boeken.

Het aardige is dat Grafton nooit toestemming gaf voor het verfilmen van haar detectives. Ze heeft het haar erfgenamen zelfs verboden in haar testament. Ze zei dat ze de negatieve kanten van film en TV daarvoor te goed kende.

Het laatste deel, het had 'Z is for Zero' moeten gaan heten, is er overigens nooit gekomen. De schrijfster overleed in 2017 voor ze het kon schrijven.


De boeken van Sue Grafton zijn ook in het Nederlands verkrijgbaar, maar niet de hele reeks als Nederlands e-boek. De Engelse versies uiteraard wel en die zijn ook nog goedkoper.



De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 van dit verhaal.

Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 en deel 4 van het voorafgaande verhaal.

Klik op de tekening voor een grotere weergave. 

Bezoek ook onze internationale, Engelstalige, website: The Amazing Comics Men

zondag 10 januari 2021

Een roze glittermuts


Er is genoeg gebeurd
de afgelopen week. Een wilde actie van Donald Trump die, als hij een betere organisator was geweest, uit had kunnen draaien op een staatsgreep. De eerste coronavaccinaties zijn gezet, dat zou het begin van einde van de pandemie kunnen zijn. En we hebben een paar graden nachtvorst, een beetje winter, rijp op de bomen en autoruiten die gekrabd moeten worden.

Ondertussen heb ik het gevoel dat ik aan een winterslaap bezig ben. Even geen nieuwe projecten en het is te koud om verder te gaan met schilderen en opknappen in huis. Slapen doe ik wel en dromen.

Een paar dagen terug droomde ik dat ik ergens in een huisje logeerde met vier andere mensen. Ik ging er met de fiets op uit, om taart te halen voor bij de koffie. Niet ver van het huisje was een kasteel waar ze lokale specialiteiten verkochten.

Ik fietste er naartoe, met een omweg. Eerst zag ik het kasteel rechts voor me liggen, maar na een paar bochten moest ik halt houden voor een spooroverweg waarvan de slagbomen dicht waren. Dat wil zeggen, de linkerkant van de weg was geblokkeerd, aan mijn kant had ik wel door kunnen rijden.

Op het spoor zag ik, in plaats van een trein, een aantal auto's aankomen. Ik liet ze passeren en reed toen verder. Nu zag ik het kasteel links van me, achter een brede vijver, of slotgracht.

Ik reed om het water heen en kwam bij het voorplein, waar een kraampje was van zeildoek, waar taart en andere spullen verkocht werden. De taart die ik wilde hebben zag ik er niet bij, dus ging ik verder, het kasteel zelf in. Daar was een grotere winkel ingericht.

Ik moest even op mijn beurt wachten en zag ondertussen het gewenste gebak achter het glas van de toonbank liggen. Het ging om grote, ronde chocoladetaarten die helemaal bekleed waren met bruine, glimmende bolletjes.

Tot mijn schrik zag ik dat de taarten erg duur waren, wel 180 euro per stuk. Ik had best wat geld in mijn portemonnee, maar op zo'n bedrag had ik niet gerekend. Ondertussen waren de klanten voor mij geholpen en stond ik, met nog één persoon naast me voor de toonbank.

Het winkelmeisje vroeg wat ik wilde hebben en ik informeerde of ik niet een deel van zo'n chocoladetaart kon kopen, in plaats van een hele. Haar collega maakte een schampere opmerking, maar het meisje was toeschietelijker.

'Willen jullie misschien een glittermuts ?' vroeg ze met een glimlach.

'Daar valt mee te praten', dacht ik. Dus ik stemde toe en de man naast me ook. We kregen ieder een muts, hij een donkerblauwe en ik een roze, die we direct op ons hoofd zetten.

Het meisje begon iets uit te leggen over de taarten, maar voor ik tot aankoop over kon gaan werd ik wakker...



De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman

Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 en deel 4 van het voorafgaande verhaal.

Klik op de tekening voor een grotere weergave. 

Bezoek ook onze internationale, Engelstalige, website: The Amazing Comics Men

zondag 3 januari 2021

Vol optimisme het nieuwe jaar in


Het is weer zondagochtend.
Buiten is het nog donker, naast me is de verwarming gezellig aan het kletteren. Het is nu nog moeilijk te zien, maar ik denk dat het een bewolkte zonsopkomst wordt. Geen spectaculaire foto's dus.

Ondertussen ben ik vergeten waar ik het eigenlijk over hebben wou. Ik heb nog een beetje last van de naweeën van oud en nieuw. Niet dat het een onrustige nacht was, onze buurt hield zich keurig aan het vuurwerkverbod. Als enige waarschijnlijk, want verderop in het dorp klonk luid geknal en in de verte zagen we best wel wat vuurpijlen omhoog schieten.

Misschien heb ik wat last van een midwinterdepressie. Maar eigenlijk mag ik helemaal niet klagen, met mijn weer prima werkende elektriciteitsnet en mijn klaterende verwarming.

Duizenden jaren geleden zaten mensen in schamele hutjes, zonder gas en licht, met een rokend houtvuurtje en kleding die maar nauwelijks beschermde tegen de kou. En toen waren er nog echte winters, met sneeuw en vorst. Nu hebben we alleen wat gekwakkel en een opwarmend klimaat.

Jaarlijks komen de moderne druïden en hun aanhangers bijeen, om bij het oude stenen monument van Stonehenge de zomerzonnewende te vieren. Maar het is waarschijnlijker dat het daar ging om het vaststellen van midwinter.

In de winter zat iedereen in het donker te kleumen en de laatste restjes voedsel uit de kookpot te schrapen, want er groeit niet veel eetbaars in dat jaargetijde. Dan wil je wel weten of je al over de helft bent en of het voorjaar er weer aan gaat komen.

De moderne mens is een holbewoner met een stropdas, dus misschien word ik daarom een beetje somber van de winter. Maar kom aan, we zijn over de helft.

Dus nu, vol optimisme, op naar de lente !



De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman

Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 en deel 4 van het voorafgaande verhaal.

Klik op de tekening voor een grotere weergave. 

Bezoek ook onze internationale, Engelstalige, website: The Amazing Comics Men