David Bowie is afgelopen week 66 jaar oud geworden. Niet dat ik dat nu zo precies bij hou, Bowie staat niet op mijn verjaardags-kalender, maar de zanger bracht op zijn verjaardag een nieuwe single uit. Daarmee verraste hij zijn fans, want het was, de afgelopen jaren, behoorlijk stil rond het popfenomeen.
Op Wikipedia las ik dat hij een wereldtournee, na het uitkomen van zijn laatste CD, 'Reality', in 2004, afbrak wegens hartklachten. Daarna heeft hij nog maar een enkele keer van zich laten horen. Tot nu dus. Een nieuwe single en de aankondiging van een nieuwe CD, 'The next day', die in maart zal verschijnen.
Het gekke is dat ik net weer wat naar het oudere werk van Bowie aan het luisteren was. In de enorme muziekcollectie van mijn goede vriend M. vond ik de lp 'The man who sold the world', uit 1970 en live-opnamen van zijn Ziggy Stardust-shows uit 1973.
Complexe rockmuziek, stevig geworteld in de Blues, maar met de typische psychedelische trekken van die tijd. Zware riffs, virtuoze gitaarsolo's, een galmende zanger, maar ook rustige passages, tempowisselingen en cryptische teksten.
Je moet er van houden. De meeste van mijn huisgenoten jaag ik er de deur mee uit en eigenlijk ben ik zelf ook geen fanatieke liefhebber. Maar op zijn tijd kan ik het wel waarderen. Het zit knap in elkaar en het wordt meeslepend gebracht.
Al luisterend kom ik er achter dat ik het ook beter ken dan ik dacht. In mijn eigen collectie zat ooit maar één echte lp van Bowie, 'Scary monsters', uit 1980. En een maxi-single met een paar opnamen uit zijn beginjaren. Best aardig, maar uit zijn topperiode had ik niets. Toch heb ik daar klaarblijkelijk genoeg van gehoord, bij vrienden en kennissen, om hele passages mee te kunnen zingen.
Op YouTube zocht ik naar wat filmpjes uit die jaren. Beroerd geluid, over het algemeen, maar de beelden zijn prachtig. Bowie is een klein, mager ventje, maar met zware make-up, oranje piekhaar, op blokhakken en in strakke hansop met reptiel-print, oogt hij toch indrukwekkend. Ligt het aan mij, of steekt de huidige generatie popmuzikanten daar maar bleekjes bij af ?
Nadien onderging Bowie een hele reeks metamorfoses, zowel muzikaal als wat uiterlijk betreft. Ik heb het allemaal niet zo gevolgd, moet ik eerlijk bekennen. Maar ik was toch voldoende geïnteresseerd om de videoclip van zijn nieuwe single, 'Where are we now ?' op te zoeken.
Een rustig lied is het, met melodieuze piano en synthesizerklanken, een spaarzame gitaarpartij en een zanger die met licht bevende stem zingt over zijn woonplaats, Berlijn, de dood, verlies, verlangen... Ja, waar gaat het eigenlijk over ? Maar dat kon je je bij veel van zijn oudere werk ook afvragen.
In de curieuze video, die bij het nummer hoort, zien we twee lappenpopjes in een rommelig decor. Op de hoofden zijn de gezichten van Bowie en een onbekende vrouw geprojecteerd. Het is allemaal een tikje raadselachtig, maar toch ook wel mooi en sfeervol.
Al met al blijft Bowie een interessant fenomeen, dat ook na 40 jaar, als 65-plusser, de muziekliefhebber weet te boeien.