(Gemakshalve ga ik er vanuit dat jullie na mijn verhaal van 2 weken geleden, over de biografie die Kate Norgate honderd jaar geleden schreef over Richard Leeuwenhart, niet allemaal direct het boek, of e-boek, gekocht hebben. Als dat wel zo is waarschuw me dan even, dan zal ik het niet meer over hebben.)
Het was in de 12e eeuw, voor de Europese adellijke families, van het grootste belang dat er goed getrouwd werd en dat er nakomelingen kwamen. Dat moesten dan bij voorkeur jongens zijn, hoewel de meisjes ook van pas kwamen om uitgehuwelijkt te worden.
Eleonora, de moeder van Richard, werd door haar eerste echtgenoot, de Franse koning Louis VII verstoten omdat ze, na 15 jaar huwelijk, alleen 2 dochters gebaard had. Ze was toen overigens pas 28 jaar, want ze trouwde met Louis toen ze 13 was.
Binnen een jaar was ze hertrouwd, nu met Hendrik II, koning van Engeland en hertog van Normandië. Eleonora was een gewilde bruid omdat ze hertogin was van Aquitanië. Hendrik zag het ongetwijfeld als een mooie kans om zijn invloed in Frankrijk te vergroten. Met zijn eigen domeinen erbij hadden ze samen bijna geheel West-Frankrijk in handen. Het paar kreeg vervolgens 5 zonen en 3 dochters. Dus met de vruchtbaarheid van Eleonora was niets mis.
Voor andere edelen ging het produceren van nageslacht minder vlot. En naast het kinderen krijgen was het ook zaak om zelf in leven te blijven. Als er een graaf, of hertog, kinderloos overleed brak er een strijd uit tussen zijn familieleden. Als hij wel kinderen had, maar die nog te jong waren om hun nalatenschap te verdedigen, dan schroomden zijn rivalen niet om de weesjes te ontvoeren en zo te proberen het vrijgekomen gebied in handen te krijgen.
Het waren problemen waarmee Richard Leeuwenhart voorlopig niet geconfronteerd werd. Hij had wel de pech dat hij 2 oudere broers had. Gelukkig voor hem overleed de eerste, William, heel jong en de tweede, Hendrik jr., ook vroegtijdig. De derde broer, Godfried die jonger was dan Richard, had zoveel complotten tegen zijn vader beraamd dat hij zichzelf buitenspel had gezet.
Het had nog een haar gescheeld of Richard was toch geen koning van Engeland geworden, omdat zijn vader de voorkeur leek te geven aan Jan Zonder Land, de jongste broer. Dat probleem werd opgelost toen vader Hendrik overleed, voor hij Jan als opvolger aan had kunnen wijzen.
Richard vertrok naar Engeland en viel zijn moeder in de armen, die door haar echtgenoot gevangen was gezet, omdat zij haar zoons gesteund had bij hun complotten tegen hun vader. Er werd een feestelijke optocht gehouden en Richard werd, in 1189, tot koning gekroond. De ceremonie heeft, volgens Kate Norgate, model gestaan voor alle kroningen daarna. Dus zal het er ongeveer zo uit hebben gezien als de kroning van Charles, 2 jaar geleden.
Bij de feestelijkheden, rondom de inhuldiging van Richard, werden in Londen huizen van Joden geplunderd en in brand gestoken en werd er een aantal Joden vermoord. Richard probeerde de orde te herstellen, door een paar raddraaiers op te laten hangen, naar verluid omdat die per ongeluk Christenen hadden gemolesteerd. Hij gaf ook de opdracht om de Joden verder met rust te laten.
Vervolgens begon hij aan de voorbereidingen van een kruistocht naar het Heilige Land, die hij beloofd had te zullen ondernemen, om Jeruzalem uit handen van de Moslims te bevrijden. Hij benoemde een aantal betrouwbare edelen op belangrijke posities. Sommige van zijn vaders adviseurs en helpers mochten hun baan houden, anderen werden vervangen. Voor veel van die benoemingen vroeg Richard een flink bedrag, want de staatskas was leeg.
Hij had ook belasting kunnen heffen, maar het organiseren en innen daarvan kostte veel meer tijd. Hij verkocht niet alleen overheidsbaantjes, maar ook kastelen en landerijen. Volgens tijdgenoten zou hij gezegd hebben dat hij Londen zelf had willen verkopen voor het 'goede doel'.
Richard sloot vrede met William, de koning van de Schotten, die eerder bij toeval in handen was gevallen van vader Hendrik II. Die had verregaande eisen gesteld aan de vrijlating van William. Richard draaide dat terug, maar incasseerde wel een groot bedrag, in ruil voor het teruggeven van kastelen en grondgebied. Hij redeneerde dat dat beter was dan een mogelijk invasie van de Schotten, terwijl hij op kruistocht zou zijn.
Toen de zaken in Engeland op orde waren kocht Richard een vloot schepen en voer naar Frankrijk waar hij afgesproken had met Filips, de koning van Frankrijk. De vloot voer, zonder Richard, verder naar Marseille waar ze hun leider met diens gevolg weer op zouden pikken. Die trok op zijn gemakje door Frankrijk, onderweg nog even een kasteel belegerend, waarvan hij de bezitter ophing omdat die pelgrims bestolen zou hebben.
Er was overigens nog een derde Europese vorst, die op dat moment op kruistocht ging, de Duitse keizer Frederik Barbarossa. Hij verkoos een route over land, door Oost-Europa, Griekenland en Turkije. Het was een helse tocht en veel van zijn manschappen stierven onderweg. De keizer zelf verdronk tijdens een zwempartij, in een rivier in Turkije. De overblijfselen van zijn leger trokken verder, onder leiding van Leopold van Oostenrijk, waar Richard het later nog mee aan de stok zou krijgen.
Richard en Filips gingen al snel hun eigen weg. Filips wilde zo kort mogelijk op zee vertoeven en voer vanaf Genua naar Sicilië. Richard ging al scheep in Marseille, maar deed onderweg nog een paar Italiaanse havens aan om er de omgeving te bekijken. Ze kwamen weer samen in de havenplaats Messina, op Sicilië.
(Wordt vervolgd.)