zondag 26 januari 2025

Natuurlijk doe ik mee aan de Tuinvogeltelling


Ja, wat een vraag!
Ik doe al mee sinds mensenheugenis. Nou ja, in ieder geval zolang als ik me herinneren kan. Het oudste bericht erover, op ons Stripblog, is van januari 2011 en toen schreef ik dat ik al jaren meedeed:

'Ik heb geen notitieblok op de vensterbank liggen. Maar ik kijk wel graag naar de vogels als die op mijn balkonnetje van het vogelvoer komen eten, dat is geen geheim. En om dan eens per jaar te turven hoeveel er van de verschillende soorten, in een half uur, langs komen, dat vind ik wel leuk.'

Ik schreef ook dat er in 2010 37.000 vogelliefhebbers een telling ingeleverd hadden. Dat vonden we toen heel wat. Zij telden toen ruim een miljoen vogels. Vorig jaar deden er bijna 114.000 mensen mee, die samen 1,7 miljoen vogels telden. Drie keer zoveel deelnemers, maar niet drie keer zoveel vogels. Daar moeten we misschien geen conclusies aan verbinden, maar dat het met de natuur in ons land niet goed gaat, is een feit.

Maar kom, vandaag zijn we optimistisch ! Dat ben ik ook elke keer weer als ik de tuinvogels ga tellen. Op het balkon dus, want een tuin hebben we niet. Meestal vallen de resultaten wat tegen, een vogeltje of 4 – 5, meer niet. Maar het is geen wedstrijd !

Om de situatie even te schetsen, voor de mensen die mijn blogs niet wekelijks volgen: Ik woon op drie hoog, tegenover een rij hoge eiken en beuken, met daarachter een vijver en een verzorgingsflat. Rechts daarvan heb ik uitzicht op een park, met nog meer hoge bomen en vijvers.

Mooi vogelterrein, ook als je weet dat een boogscheut, of een steenworp, in ieder geval niet ver weg, ook nog het Baarnse bos is en de bossen rond Paleis Soestdijk. Ietsje verder weg zijn de Eempolders. Allemaal binnen een afstand waar de gemiddelde vogel zijn vleugel niet voor omdraait. Ik zie hier dus van alles overvliegen, van reigers en ooievaars, tot buizerds, ganzen en aalscholvers.

Dat soort vogels komt natuurlijk nooit op ons balkon. Ik moet het doen met tuinvogels als houtduiven, kauwtjes, koolmezen, pimpelmezen, merels en roodborsten. Niks mis mee, ik geef ze allemaal, met veel plezier, het hele jaar te eten. Er komen ook typische bosvogels, zoals de boomklever en de grote bonte specht. De huismus, die elk jaar het meest geteld wordt, is ook aanwezig in onze buurt, maar die blijft doorgaans aan de andere kant van het flatblok, bij de laagbouw, zitten.

De bescheiden aantallen die ik tel zijn een terugkerend thema in mijn verhaaltjes over de Tuinvogeltelling. In 2013 schreef ik:

'De afgelopen jaren vielen de aantallen, bij mij, een beetje tegen. Ik kwam niet verder dan 4 vogeltjes, terwijl het landelijk gemiddelde op 18 exemplaren lag. Nu is het bij mij 's winters ook minder druk dan 's zomers. Maar dit jaar is de aanloop, of liever aanvlucht, heel aardig. Ik denk dat ik toch zeker op 5 moet kunnen komen.

Als ik nou net als de vorige keren wacht met tellen tot er minstens 1 vogel op het balkon zit, dan zal het wel goed gaan. Misschien lukt het me zelfs om een paar getelde vogels te fotograferen...!'

Toen plaatste ik mijn foto's op Twitter, maar dat account heb ik opgezegd toen Elon Musk er de baas werd. Nu zul je de foto's moeten zoeken op Facebook , of Bluesky (53 volgers inmiddels !).

We zijn misschien een beetje somber, momenteel, vanwege Musk, Trump, Wilders en Schoof, maar ook dat is niets nieuws. In 2021 was het land in crisis, schreef ik, want er was een pandemie. Niet dat er echt problemen waren want:

'Laten we eerlijk zijn: de supermarkt ligt vol levensmiddelen, er komt warm en koud water uit de kraan, de elektriciteit doet het, we hebben breedband internet en de pakjesbezorger legt de bestellingen veilig op de trap. Kortom, er staat ons weinig in de weg om ons met de belangrijke zaken van het leven bezig te houden.'

De Tuinvogeltelling dus:

'Virusveilig, want gewoon vanuit huis. Ieder voor zich, maar toch samen en gezellig, voor één doel. Het Tuinvogeltellen is ook een soort demonstratie, we laten zien dat we nog niet helemaal de weg kwijt zijn. We laten ons het hoofd niet op hol brengen door virussen, maatregelen en protesten. We houden oog voor de natuur en vogels om ons heen.'

En zo is het ook nu. Rechtse wereldverslechteraars mogen dreigen de hele wereld in de soep te laten lopen, wij trekken ons daar niets van aan en tellen, gewoon, heel gezellig, de vogels in onze tuin. Dat zal ze leren !

En we zijn de enige niet. In België houden ze het Grote Vogel Weekend , in Groot-Brittannië doen ze de Big Garden Birdwatch , In Duitsland is er ook een Tuinvogeltelling, maar dan pas in mei, de Stunde der Gartenvögel . In de winter doen ze een Stunde der Wintervögel , maar die is net geweest.

Kortom, het is heel normaal, leuk en gezellig. Tellen kan nog de hele dag. Alle informatie vind je op https://www.vogelbescherming.nl/tuinvogeltelling

Ps: Ik heb mijn telling gisteren al ingeleverd. Het resultaat was 2 spreeuwen, 2 koolmezen, 1 pimpelmees, 1 merel en 3 kauwtjes. Voor mijn doen een heel mooie score. 


 
De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 - deel 5 en deel 6 van dit verhaal.
 
Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 en deel 5 van het vorige (gezamenlijke) verhaal.
 
Klik op de tekening voor een grotere weergave. 
 

zondag 19 januari 2025

Blue skies smiling at me


'Blauwe luchten
lachen me toe...'. Het is een bekend liedje, voor wie van wat oudere jazzmuziek houdt. Bluesky is ook de naam van een nieuw sociaal medium, een soort van Twitter, zonder alle negatieve haatberichten en valse informatie.

Maar, omdat ik van oude jazzmuziek hou, doet het mij vooral denken aan de tijd dat ik in een jazzbandje zong en aan Geert-Jan, onze saxofonist en mijn oude makker van toen. Geert-Jan is eind vorig jaar overleden. We zagen elkaar niet veel meer, in de afgelopen 25 jaar, maar hij is met zijn vrouw nog bij ons op bezoek geweest, een half jaar geleden.

Je zou kunnen zeggen dat hij een afscheidstournee deed, want hij wist toen al dat hij terminaal ziek was. We hebben heel gezellig bijgepraat en daarna nog 2 of 3 e-mails gewisseld. Daarna kreeg ik zelf gezondheidsproblemen en moest ik het ziekenhuis in. Toen zijn vrouw ons belde, vlak na de jaarwisseling, vreesde ik al wat de boodschap zou zijn.

Geert en ik kenden elkaar van onze culturele dorpsvereniging. Hij en zijn vrouw hebben daar in het bestuur gezeten, maar hun actieve periode was al voorbij toen de mijne daar begon. Hij trad er een paar keer op met het jazzbandje en ik moet op een zeker moment de stoute schoenen aangetrokken hebben en op ze af zijn gestapt, met de mededeling dat ik wel wilde zingen. Ik herinner me daar niets van, dus zal er wel drank in het spel zijn geweest.

Hoe dan ook, ik heb een paar jaar met ze in het 'schnabbel circuit' gezeten. Bruiloften en partijen, van Alkmaar tot Wijk bij Duurstede. Dat was soms leuk, soms vreselijk, maar vooral een heel aardige bijverdienste. De optredens bij onze eigen vereniging, die we voor een paar consumptiebonnen deden, waren nog het leukst.

Geert was een prima saxofonist, die lekker uit kon pakken in mooie ballades en flink kon swingen in de snellere liedjes. In de pauzes was hij rustig en kon hij, met een glimlach, de wereld om zich heen observeren. Ik heb hem nooit boos of geïrriteerd gezien.

We zijn een paar keer bij hem thuis geweest. Aanvankelijk was dat een groot, vrijstaand huis in Baarn. Het is opvallend dat een aantal van de vroege leden, van onze dorpsvereniging, later in heel grote huizen bleek te wonen. Jeugdig idealisme kan dus nog best een mooie loopbaan opleveren. Je hoeft niet allemaal in een huurflatje te eindigen. Hoewel dat ook voorkomt, kan ik uit eigen ervaring melden.

We maakten kennis met zijn kinderen, een dochter en een zoon. Toen die de deur uit waren verhuisden Geert en zijn vrouw naar een behoorlijk luxe appartement, vlak bij het station in Baarn. Daar zijn we ook een keer op bezoek geweest. We waren ook op zijn afscheidsreceptie, toen hij met pensioen ging. Hij bleek gewerkt te hebben bij de gemeente Amsterdam, dat had ik nooit geweten.

Dat hij naast saxofoonspelen ook schilderde wist ik aanvankelijk ook niet. Volgens zijn dochter schilderde hij alleen maar foto's na, maar de resultaten waren best leuk. In zijn laatste jaren restaureerde hij ook schilderijen. Hij gaf ons tips hoe we de kunstwerkjes, bij ons thuis, schoon konden maken. Oude olieverfschilderijtjes knappen ervan op als je ze voorzichtig afneemt met een sopje, naar het schijnt. Ik heb het nog niet durven proberen.

Het is jammer dat we, door mijn eigen gezondheidsproblemen, geen contact meer hadden, in de laatste maanden. Maar we hebben in ieder geval goede herinneringen.


En nu zou ik nog iets kunnen schrijven over Bluesky. Ik geloof niet dat Geert zich bezighield met de sociale media, maar misschien is er toch een overeenkomst. Ik kende hem misschien niet goed genoeg, maar hij leek tamelijk onaangedaan door het leven te gaan. Iemand die de problemen niet opzocht en het leven relativeren kon.

Mijn ervaring met Facebook, Twitter en Instagram, zijn over het algemeen positief. Natuurlijk is er veel negativiteit, maar als je die niet opzoekt krijg je er ook niet veel van te zien. Als je, zoals ik, vooral foto's plaatst van zonsopkomsten en vogels, dan krijg je voornamelijk reacties en berichten over zonsopkomsten en vogels. Niet over extreem rechtse politiek en haat tegen buitenlanders.

Ik heb mijn Twitter-account opgezegd toen Elon Musk de boel overnam. Nu ben ik overgestapt van Instagram naar Bluesky. Niet vanwege slechte ervaringen, maar meer uit principe. Mijn Facebook-account hou ik nog wel aan. Waarom zouden we de sociale media helemaal over moeten laten aan de herrieschoppers ? Ondertussen heb ik dus ook een nieuw account aangemaakt op Bluesky, dat vriendelijker en positiever belooft te zijn.

Mocht je mij willen vinden op het 'nieuwe' Bluesky dan moet je een account aanmaken (het is gratis) en zoeken naar jandestripman.bsky.social. Het ziet er daar best gezellig uit en zelf zeggen ze dat het een sociaal medium is dat echt sociaal is. Zoals het zou moeten zijn. Dat lijkt me best prettig.

Ps: Bluesky bestaat sinds 2021 en wordt omschreven als een microblog, vergelijkbaar met X (voorheen Twitter). Aanvankelijk kon je alleen op uitnodiging een account openen, maar in 2024 is dat losgelaten. Sindsdien is het aantal gebruikers gestegen tot ruim 15 miljoen. Er is geen reclame op Bluesky. Gebruikers kunnen zelf ingrijpen in het algoritme dat berichten aanlevert.

Ik ben nu ruim een week aan het rondkijken op Bluesky en heb inmiddels 27 volgers. Ter vergelijking: op Facebook, waar ik 14 jaar actief ben en dat 2,2 miljard gebruikers heeft, heb ik 247 vrienden.

Ps 2: Het liedje Blue Skies is geschreven door Irving Berlin voor de muzikale komedie 'Betsy', uit 1926. De eerste opname werd gemaakt door het Imperial Dance Orchestra  , in 1926. De website Secondhandsongs.com heeft een lijst van 629 verschillende uitvoeringen. Van Josephine Baker , via Frank Sinatra en Tommy Dorsey , tot bijna 100 jaar na de eerste opname, Norah Jones en Seth MacFarlane

 

 
De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 en deel 5 van dit verhaal.
 
Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 en deel 5 van het vorige (gezamenlijke) verhaal.
 
Klik op de tekening voor een grotere weergave. 
 

zondag 12 januari 2025

Het Land Van Rembrand


Ja, ik geef toe,
het loopt soms een beetje uit de hand. Ik ben momenteel vijf boeken tegelijk aan het lezen. Of eigenlijk om de beurt. Maar twee van de vijf zijn verhalenbundels, of iets dat daarop lijkt, zoals de brieven van Vincent van Gogh. Daar lees ik af en toe eens een stukje in. Het geeft niet als je zo'n boek niet in één ruk uitleest. Dat was ook niet de bedoeling van de schrijver.

Daarbij, vier van de vijf zijn e-boeken, die liggen dus niet in de weg op mijn nachtkastje, of de salontafel. En dat het vijfde boek, een ouderwets papieren exemplaar is, komt alleen omdat het niet als e-boek verkrijgbaar was. Dan had ik het waarschijnlijk nog niet gekocht, maar per abuis kreeg mijn vader twee exemplaren toegezonden, toen ik het aan hem cadeau deed voor zijn verjaardag. En om er nou één terug te sturen, dat ging ons te ver.

Blijven er twee boeken over. Het ene een Engelstalig detective verhaal van S.J.Bennett, waarin koningin Elizabeth, heel bescheiden en amusant, een misdaad oplost en 'Het Land Van Rembrand' van Conrad Busken Huet. Dat laatste is een dikke pil, als e-boek meer dan duizend pagina's en bovendien geschreven aan het eind van de 19e eeuw. Geen boek dat je in één ruk uitleest.

Het verscheen tussen 1880 en '84, in afleveringen, dus om het in gedeeltes door te nemen is eigenlijk wel passend. Daarnaast is 19e eeuws Nederlands net iets moeilijker leesbaar dan onze huidige schrijftaal. Dan wil je tussendoor wel even iets makkelijkers lezen. Maar ter verdediging van de schrijver: het is absoluut geen vervelend of saai boek.

Het begint al heel leuk, in de inleiding, als Busken Huet uitlegt dat er vóór de Gouden Eeuw, die hij laat beginnen in 1550, eigenlijk geen belangrijke personen voortgebracht zijn door ons land. Geen staatsman, geen kunstenaar, geen legeraanvoerder, geen vorst.

Ons land werd overheerst door buitenlandse mogendheden, de literatuur stelde niets voor, de beeldende kunst bestond uit na-aperij, er was geen nationale architectuur, de godsdienst was geïmporteerd en zelfs de man die de aanzet gaf tot de zelfstandigheid van Nederland, Willem van Oranje, was een buitenlander.

Dat zet de vaderlandslievende lezer wel even op zijn plaats. De schrijver gaat vervolgens door met te verklaren dat de Gouden Eeuw wel van belang was, maar dat het daarna alleen maar bergafwaarts is gegaan. En dan heeft hij nog niet eens meegemaakt dat ons land zijn koloniën verloor.

Jullie begrijpen dat ik benieuwd was naar de eerste hoofdstukken. Daarin gaat Busken Huet een flink stuk terug in de tijd. Namelijk naar de kruistochten van de 12e en 13e eeuw. Dat is een periode waar we nu misschien met een zeker gevoel van romantiek, en misschien zelfs trots, op terugkijken. De dappere, christelijke ridders gingen het heilige land bevrijden uit de handen van de moslims. Geweldig toch ?

Nou, dat beeld wordt in het boek hardhandig gecorrigeerd. De kruisvaarders waren niets ontziende moordenaars, verkrachters en plunderaars. De schrijver vergelijkt ze met kwaadaardige poliepen en van eventuele religieuze idealen blijft in zijn beschrijving weinig over. Dat kwam voor mij niet helemaal als een verrassing, ik had al eerder boeken gelezen waarin de kruistochten er niet zo best vanaf kwamen.

Toevallig zag ik laatst, op een van de Discovery TV-kanalen, een stukje over de recente verwoestingen, die IS-strijders aangericht hebben, in het antieke Ninive, in Irak. Historische overblijfselen van deze, meer dan 2500 jaar oude, stad zijn door de extremistische moslims vernield. Archeologen zijn momenteel bezig om de boel weer een beetje te herstellen.

Bij zo'n reportage vraag je je af hoe die fanatici er nou bij komen om zoiets te doen. Maar het deed me ook direct denken aan een passage in Het Land Van Rembrand, over de verovering van de Spaanse stad Cadiz, door de kruisvaarders, in 1260.

Cadiz is een stad in het zuiden van Spanje, aan de kust van de Atlantische Oceaan, niet al te ver van de Straat van Gibraltar. In de 13e eeuw was dat deel van Spanje in handen van moslims. De Moren worden ze ook wel genoemd. Zij hadden paleizen en moskeeën gebouwd en prachtige tuinen aangelegd met citrus- en amandelbomen.

De kruisvaarders kwamen voorbij gevaren, op weg naar het beloofde land, en dachten: dat Cadiz pikken we even mee. De stad werd ingenomen, de bewoners vermoord, of op de vlucht gejaagd. Alles wat draagbaar was werd afgevoerd. Vervolgens werden de paleizen en moskeeën vernield en alle vrucht- en notenbomen omgehakt. Wat er daarna nog overeind stond werd in brand gestoken.

Op Wikipedia wordt de verovering van Cadiz genoemd als onderdeel van de 'reconquista', het terugveroveren van het Iberische schiereiland op de moslims. Maar het was vooral plunderen, moorden en zinloos vernielen.

Busken Huet citeert uit verslagen van moslims, uit die tijd, en daarin worden de kruisvaarders omschreven als barbaren die geen enkele waardering voor kunst en schoonheid hadden. Je kunt het er alleen maar mee eens zijn. Maar het waren wel onze voorvaderen.

De Gouden Eeuw moet dan natuurlijk nog komen. Misschien wordt daarin weer iets hersteld van onze nationale trots ?

Het Land Van Rembrand werd indertijd positief ontvangen en wordt nog steeds beschouwd als een belangrijke studie over de 17e eeuw. Maar Busken Huet heeft nauwelijks van dat succes kunnen genieten. Hij overleed in 1886 en had toen minder aan het boek verdiend, dan hij uit had gegeven aan de naslagwerken die nodig waren om het te schrijven. Dat is ook wel een les, voor alle ambitieuze schrijvers. Boeken maken kost geld en er zijn maar weinig auteurs die er iets aan verdienen.

Ps: We zijn gewend om de naam Rembrandt met 'dt' te schrijven, maar Busken Huet deed dat niet. Hij schreef Rembrand, zonder 't'. Dus heb ik me daar, hierboven, aan gehouden.


 
De Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 en deel 4 van dit verhaal.
 
Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 en deel 5 van het vorige (gezamenlijke) verhaal.
 
Klik op de tekening voor een grotere weergave. 
 

zondag 5 januari 2025

2025, het jaar nul en appels en peren


Het is een discussie
die ik me nog herinner, van de jaarwisseling van 1999, naar het jaar 2000. Er waren nogal wat mensen, kranten en andere media, die terug gingen blikken op de 'afgelopen eeuw'. Maar die eeuw was nog helemaal niet afgelopen. Dat zou hij pas zijn als het jaar 2000 voorbij was, bij het begin van 2001. Je telt immers van 1 tot en met 100, om een eeuw vol te maken. In dit geval dus van 1901 tot en met 2000. De 21ste eeuw begon dus niet in 2000, maar in 2001.

Nu is het ook weer zover. Men wil terugblikken op de eerste 25 jaar van deze eeuw. Maar dat zou een terugblik in de toekomst zijn, want het 25ste jaar van de eeuw is nog maar net begonnen. Daar is het misverstand weer, dat een eeuw, een decade, of de hele jaartelling zou beginnen bij een jaar nul.

Als je begint met 10 appels te tellen, dan zeg je niet bij de eerste appel: dat is appel nul. Neen, beste lezers, de eerste is appel 1. Het eerste jaar van de eeuw, decade en ook jaartelling is dus niet een jaar 0, 2000, of 2010. Het juiste beginjaar is 1, 2001 en 2011. Dus: de eerste 25 jaar van deze eeuw vingen aan in 2001 en zijn pas afgelopen als het jaar 2026 begint. We moeten nog iets minder dan een jaar wachten voor we kunnen terugblikken.

Ik gooide dat in een vriendenclub en kreeg een reactie terug van een vriend die dacht dat het toch anders zat: '...als ik de eerste 25 jaar van mijn leven herdenk, vervalt jaar 0 dan (van geboorte tot 1e levensjaar....) ? Volgens mij begint je eerste jaar bij 0 en eindigt dit bij 1, je 25e jaar begint dan bij 24 en eindigt dan met je 25e verjaardag...'

Ja, het is een beetje verwarrend, dat geef ik toe. Je begint je leven bij 0. (Eigenlijk was je er toen al een maand of 9, maar dat even terzijde, in onze cultuur tellen we dat niet mee.) Je begint dus bij 0, maar je bent nooit 0.

Als je eenmaal de moederschoot succesvol verlaten hebt ben je 1 seconde, 2 minuten, 3 uur, 4 dagen, 5 weken, of 6 maanden oud. Tot je, na een jaar, 1 jaar oud bent. Maar dat eerste levensjaar is niet je 0ste jaar, maar je 1e (de naam eerste levensjaar verraad dat eigenlijk al, zoals de oplettende lezers opgemerkt zullen hebben).

Zo zit het ook met jaartellingen. Even afgezien van het feit dat we de onze pas eeuwen na het jaar 1 hebben ingesteld, begin je wellicht bij 0, maar 0 is geen jaar. Nul is niets ! Nul is een denkbeeldig moment, tussen twee dingen in. In dit geval passeerden we het moment 0, tussen het eerste jaar voor en het eerste jaar na het begin van de jaartelling. Daarom is er dus geen jaar 0, geen dag 0, zelfs geen uur, minuut , of seconde 0. Nul was voorbij voor iemand het in de gaten had.

Het is misschien moeilijk te vatten, maar het werkt net zoals met de namen die we aan eeuwen geven. We leven nu in de 21ste eeuw, maar er zit helemaal geen 21 in het jaar waarin we leven ! We zitten nu in 2025 !! Maar toch is het de 21ste eeuw en was de vorige de 20ste. Dat komt omdat de eerste eeuw ging van 1 t/m 100, de tweede van 101 t/m 200 enzovoort tot aan nu.

Even terug naar de appels en peren. De meeste mensen begrijpen wel dat je, als je nog geen appels en peren hebt, je niets, dus nul, hebt. Je hebt pas wat als je het eerste stuk fruit hebt geteld. En daar zit hem misschien ook de verwarring, als je van appels en peren overstapt op jaren. Je hebt pas een jaar als het voorbij is, maar wat heb je dan in de tijd daarvoor ? Dan heb je toch nul jaren, dan is dat toch het jaar nul ?

Ja, dat zou je kunnen denken. Maar het eerste jaar, de naam zegt het al, is het jaar 1. Het wordt misschien begrijpelijker als je het opdeelt in uren, dagen en maanden. Je hebt aanvankelijk misschien nog geen jaar, maar je hebt wel stukjes daarvan. Je hebt nooit nul.

Voor de appels en peren denkers: stel je voor dat je die appels en peren aan het opeten bent. Dan heb je pas 1 appel, of peer, gegeten als hij helemaal op is. Maar daarvoor heb je niet niks. Je hebt, vanaf het moment dat het eten begint, wel al stukjes, hapjes, appel en/of peer weggekauwd en doorgeslikt. Je hebt noooooooit nul.

Tenzij je niet telt, of eet. Dan staat de tijd dus stil en blijf je zitten met een lege maag. Maar laat ik jullie niet in verwarring brengen. Eten en tellen doen we natuurlijk altijd.

Wedden dat we het hier over 25 jaar weer over gaan hebben, als iedereen terug wil blikken op de 1e helft van de 21ste eeuw. In januari 2050... Dat zul je altijd zien. Terwijl wij nu allemaal weten (en hopelijk ook begrijpen) dat dat pas kan in januar 2051. Want dan zijn die eerste 50 jaar pas echt voorbij en je kunt niet terugblikken op iets dat nog niet voorbij is. Een appel die je nog niet opgegeten hebt zit nog niet in je buik. Snap je...?

Ps: Onze verre voorouders voelden al aan dat het cijfer nul verwarring schept en gebruikten het daarom niet. Het concept van een niets, een nul in de rekenkunde, werd bedacht in India, zo'n 1800 jaar geleden. Ik lees dat op de website npokennis.nl , waar een heel artikel staat over de oorsprong van het cijfer nul. Misschien wordt 'het jaar nul', voor sommige mensen, onaantrekkelijker als je weet dat het cijfer 0 in de westerse wereld werd geïntroduceerd, vanuit de Arabische rekenkunde. Samen met de rest van de cijfers die we nu gebruiken. 

 

 
Deze Strip is gemaakt door de Geheimzinnige Hulpman. Klik hier voor deel 1 - deel 2 en deel 3 van dit verhaal.
 
Klik hier voor deel 1 - deel 2 - deel 3 - deel 4 en deel 5 van het vorige (gezamenlijke) verhaal.
 
Klik op de tekening voor een grotere weergave. 
 

woensdag 1 januari 2025

Gelukkig 2025 !


 Een gezond en gelukkig nieuwjaar gewenst, met veel Stripplezier !

Jan de Stripman en Wim de Geheimzinnige Hulpman