Als je biografieën van muzikanten
leest kan het voorkomen dat twee levensverhalen elkaar kruisen. Dat
gebeurt bijvoorbeeld met het dikke boek dat ik aan het lezen ben over
The Beatles en het wat dunnere, dat ik een aantal jaren geleden las,
over de Schotse rockheld Alex Harvey.
Harvey was een jaar of 5 ouder dan de
jongens van The Beatles en won eind jaren '50 een talentenjacht.
Vanaf dat moment zou hij het Schotse antwoord gaan worden op het
Engelse tieneridool Tommy Steele. Het is moeilijk voorstelbaar, als
je zijn tamelijk ruige lp's uit de jaren '70 hoort, maar de bedoeling
was dat de meisjes aan zijn voeten in zwijm zouden vallen.
In 1960 was dat idee al op de
achtergrond geraakt. Alex was geen idool geworden en toerde door
Schotland met zijn Big Soul Band. Hij zong nummers van Ray Charles,
Little Richard en Big Bill Broonzy, in danszaaltjes waar de jeugd uit
de omliggende stadjes en dorpjes vertier kwam zoeken. Het zou nog een
jaar of 10 duren voordat hij enige bekendheid zou krijgen, met zijn
Sensational Alex Harvey Band.
The Beatles hadden in 1960 nog maar net
bedacht dat ze zich zo zouden gaan noemen. Aanvankelijk speelden John
Lennon, Paul McCartney en George Harrison als The Quarry Men, met nog
wat andere jongelui uit Liverpool met namen waar ik jullie niet mee
ga vermoeien.
Daarna noemde het trio zich even Japage
3, een samentrekking van hun voornamen. Ze speelden toen allemaal
gitaar, hadden geen drummer en geen bassist. John wist een
schoolvriend, Stuart Sutcliffe zover te krijgen dat hij een
elektrische bas kocht en toen ze, met een voor de gelegenheid
ingehuurde drummer, auditie deden om de tijdelijke begeleidingsband
te worden van zanger Billy Fury, noemden ze zich The Silver Beatles.
Die auditie liep op niets uit,
tenminste voor het moment. Een paar maanden later zocht de manager
van Billy Fury begeleiders voor een andere zanger uit zijn stal,
Johnny Gentle, voor een reeks optredens in Schotland. In die tijd
hadden zangers doorgaans geen vaste begeleiders, er werd per tournee,
soms zelfs per optreden, een band geregeld.
Toen andere bandjes uit Liverpool een
voor een afvielen kwamen uiteindelijk The Silver Beatles in beeld.
John, Paul en Stuart moesten spijbelen van school, George zegde zijn
baantje op en de tijdelijke drummer van de auditie, Tommy Moore, werd
opnieuw overgehaald om mee te doen. Ringo Starr kwam pas veel later
in beeld, hij drumde in die tijd bij een ander bandje.
Zo reisde de groep, met een drumstel,
drie gitaren, een basgitaar en maar één klein versterkertje, per
openbaar vervoer, naar Schotland. Voor hun eerste optreden hadden ze
maar een half uur om kennis te maken, met de zanger die ze moesten
begeleiden en diens repertoire. Het zal geen verrassing zijn dat, de
week durende tour die volgde, geen groot muzikaal succes werd.
Maar in het havenstadje Alloa speelden
ze wel op dezelfde dag, op hetzelfde podium, als Alex Harvey en zijn
Soul Band. Het leuke is dat de twee boeken het over een paar details
niet eens zijn. Volgens de biografie van Harvey vormden de Beatles
het voorprogramma, volgens het boek over The Beatles was het net
andersom.
De bassist van de Big Soul Band, die in
de Beatles-biografie de Big Beat Band wordt genoemd, zegt dat de
jongens van The Silver Beatles erg onder de indruk waren van zijn
mooie Fender Jazz Bass. Ze hadden zelf niet eens een basgitaar,
herinnert hij zich.
Dat kan niet kloppen want Stuart had
immers, speciaal om mee te mogen doen, een Hoffner basgitaar gekocht.
Er zijn foto's uit die tijd waarop hij te zien is, op advies van John
met zijn rug naar het publiek, omdat ze niet wilden laten merken dat
hij nauwelijks wist hoe hij het instrument moest bespelen.
Het hoogtepunt, van het Schotse
avontuur van de tiener Beatles, was een auto-ongeluk. Ze werden van
het ene naar het andere optreden vervoerd met een vrachtwagentje,
waarin ze ook een paar keer moesten overnachten. Op weg naar
Fraserburg hadden ze een aanrijding, waarbij drummer Tommy Moore
verwondingen aan zijn gezicht opliep. De rest van de groep bleef
ongedeerd.
Omwonenden waren op het ongeluk
afgekomen en omdat er posters van hun optredens op de buitenkant van
de auto geplakt waren, kreeg men in de gaten dat ze artiesten waren.
Een paar schoolmeisjes haalden hun handtekingboekjes en vroegen de
jongens om ze te tekenen. En die boekjes zijn bewaard gebleven.
Voor de gelegenheid hadden ze zich
artiestennamen aangemeten dus stonden ze daar als Johnny Lennon –
de enige die zijn eigen naam behield – Carl Harrison – genoemd
naar rock & roll held Carl Perkins – en Paul Ramon –
McCartney vond dat een mooie, mysterieuze naam.
Stuart Sutcliffe noemde zich De Staël
– naar zijn favoriete schilder Nicolas De Staël – maar tekende
het boekje met alleen maar Stuart. Hij zette er wel de naam van de
band bij: The Beatals, over de juiste schrijfwijze waren ze het nog
niet eens.
De wegen van The Beatles en Alex Harvey
zouden elkaar later, bijna nog eens kruisen want ook hij speelde een
tijdje in de nachtclubs van de Duitse havenstad Hamburg. Hij was er
in 1963, maar ik denk dat The Beatles er toen net weer weg waren.
Harvey nam in Duitsland zijn eerste lp op, die geen succes werd. The
Beatles zouden hem, niet lang daarna, in populariteit ver voorbij
streven. Wie had dat in 1960 kunnen voorspellen ?
Als je het zelf eens na wil lezen, de
twee boeken zijn: 'All These Years – The Beatles –
Tune In' van Mark Lewisohn
En: 'The Sensational Alex Harvey' van John
Neil Munro
De Strip is gemaakt door de Stripman zelf en is het vervolg op dit verhaal.
Klik op de tekening voor een grotere weergave.