Waar zal ik het vandaag eens over hebben ? Over de, maar langzaam, ontluikende lente ? Of toch over het wereldkampioen-schap snooker ? De twee hebben met elkaar te maken, het WK is altijd in de lente. Terwijl de vogeltjes nestjes maken, de bomen in blad komen, de eerste bloemen ontluiken, klik-klakken de ballen op het biljart. Dat is al jaren zo.
De lente was er eerder, natuurlijk. Die is er al zolang als de aarde om de zon draait. Het landschap, de planten en dieren hebben er niet altijd zo uitgezien als nu, maar de afgelopen duizenden jaren kon je wel, zo ongeveer dezelfde flora en fauna, telkens weer, aan een nieuw seizoen zien beginnen. De ene keer wat vroeger dan de andere keer, afhankelijk van het weer.
Daar hebben de snookerspelers weinig last van, die spelen in een zaal. Het WK wordt al jaren gehouden in een theater in Sheffield, in het noorden van Engeland. Sinds enige tijd is er tegenover die theaterzaal een wintertuin, waar ook een snookertafel staat, zodat er demonstraties kunnen worden gegeven. In de pauzes van de wedstrijden zitten daar de commentatoren en deskundigen, te midden van het groen, om de getoonde partijen, voor de TV-kijkers, te duiden.
Het lijkt dus een lange traditie, maar het spel bestaat pas sinds het eind van de 19e eeuw. Volgens Wikipedia is het ontstaan in Brits-Indië, waar een legerofficier, Sir Neville Chamberlain, een paar bestaande biljartspellen met elkaar combineerde. De naam 'snooker' komt ook uit militaire kringen, het was een bijnaam voor onervaren nieuwelingen. In het spel is een snooker een situatie waarin een speler niet vrijuit de volgende bal aan kan spelen, omdat die geblokkeerd is door andere ballen.
Het spel werd aanvankelijk alleen in Groot-Brittannië gespeeld, maar veroverde, sinds de jaren '60 van de 20ste eeuw, ook de rest van de wereld. Het schijnt dat de bekende presentator van natuurprogramma's, Sir David Attenborough, daar een rol in heeft gespeeld. Hij had toen een hoge functie bij de BBC en vond het spel bijzonder geschikt voor de eerste uitzendingen in kleur, in 1967. Dankzij de televisie zagen steeds meer kijkers wat een aardige bezigheid het was.
Het WK werd voor het eerst, dagelijks, door de TV uitgezonden in 1978. De wereldkampioenen uit die tijd, Ray Reardon, Steve Davis en Stephen Hendry en hun grote concurrenten, werden nationale beroemdheden. Inmiddels wordt het spel in allerlei landen, op hoog niveau, gespeeld. In de halve finale stonden dit jaar een Engelsman, een Noord-Ier, een Belg en een Chinees.
Het aardige van dit WK was dat er uiteindelijk twee wat ouderen, de Engelse Mark Selby en de Noord-Ierse Mark Allen, tegenover elkaar kwamen te staan en twee jongeren, de Belgische Luca Brecel en de Chinees Si Jiahui. De twee halve finales verschilden ook wat speelstijl betreft. De twee ouderen speelden meer verdedigend en voorzichtig, terwijl de jongeren volop in de aanval gingen.
Gelukkig was het niet al te mooi weer, de afgelopen weken. Op een enkele dag na, was het koud, winderig en er viel regelmatig regen. Het was dus helemaal niet erg om veel voor de TV te zitten en snooker te kijken. Hoe het afloopt zien we vandaag en morgen.
De lente gaat ondertussen rustig verder. De grote bomen, tegenover ons huis, komen in blad. De een wat sneller dan de ander. De koolmezen voeren elkaar, wat betekent dat het vrouwtje nog eitjes aan het leggen is en dus extra voedsel nodig heeft. Het mannetje kan zo laten zien dat hij, straks, voor een nestkast vol jongen kan zorgen.
In ons pimpelmezenkastje zit voorlopig nog geen nestje. Dat is waarschijnlijk niet alleen aan het weer te wijten, maar ook aan de logeerpoes. Die joeg, tijdens de eerste twee weken van april, alle vogels van het balkon, door tegen het raam van de balkondeur aan te springen. Toch zag ik gisteren twee meesjes bij het nestkastje. Het zou dus misschien nog kunnen...
PS: Voor de snookerfinale heeft de Belgische belofte, Luca Brecel, zich geplaatst, na een sensationele partij. Zijn comeback, waarbij hij terugkwam van een 14 – 5 achterstand, door 11 frames op rij te winnen, was nog nooit eerder vertoond. Hij speelt in de finale tegen de ervaren Mark Selby, die het toernooi al 4 keer won.